Huishoudelijk Reglement Koorvereniging Bergen
Artikel 1.
Personen, die aan het bestuur te kennen hebben gegeven als lid van de vereniging te willen toetreden, krijgen ter kennismaking eerst de gelegenheid twee repetitie-avonden bij te wonen, alvorens definitief te beslissen over hun toetreding. Gedurende deze periode worden zij beschouwd als kandidaat-leden en zijn zij als zodanig vrijgesteld van de betaling van contributie. Aan kandidaat-leden kan toegang tot de algemene ledenvergadering worden verleend, waarin zij echter geen stemrecht kunnen uitoefenen.
Artikel 2. 1.
Voor het bepalen van de stemsoort en de stemkwaliteit van een kandidaat-lid of een lid wordt een stemonderzoek uitgevoerd. 2. Het stemonderzoek vindt plaats 2.1 bij een kandidaat-lid, alvorens toetreding als lid mogelijk is; 2.2 bij een lid of een groep van leden, indien dit naar het oordeel van de dirigent gewenst of noodzakelijk is. 3. Het stemonderzoek wordt uitgevoerd door de dirigent in aanwezigheid van minsten één bestuurslid. 4. De inhoud van het stemonderzoek wordt bepaald door het bestuur in overleg met de dirigent. 5. De dirigent brengt op grond van het resultaat van het stemonderzoek aan het bestuur advies uit, dat ondermeer betrekking heeft op 5.1 het al dan niet toetreden van en kandidaat-lid als lid van de vereniging; 5.2 de stemsoort en daarvan afgeleid de plaats van een lid in het koor. 6. Het bestuur besluit vervolgens over de tenuitvoerlegging van het door de dirigent uitgebrachte advies. 7. Het bestuur draagt er zorg voor, dat het resultaat van het stemonderzoek en de daarop genomen beslissing aan het betreffende lid wordt medegedeeld en voor elk lid wordt vastgelegd in de ledenadministratie.
Artikel 3. 1.
Het bezoek van de leden aan de repetitie-avonden wordt door het bestuur bijgehouden door aantekening in het presentie-register. Leden, die door omstandigheden zijn gedwongen een repetitie-avond of een aantal repetitie-avonden gedurende een langere periode te verzuimen, zijn verplicht hiervan tijdig bericht te geven aan het bestuur. 2. Van de repetities voor een bepaald concert mag men niet meer dan 30% missen, waarbij maar één tijdens de laatste zes repetities. Bij overschrijding van dit percentage wordt u uitgesloten van deelname aan het concert. De generale repetitie mag men niet verzuimen. Het voorgaande ontheft de betreffende leden niet van de verplichting tot betaling van de verschuldigde contributie. 3. Het is de bedoeling dat koorleden thuis hun partij instuderen en niet alleen studeren tijdens de repetities. Voor de thuisstudie worden er, indien beschikbaar, oefen-CD’s besteld, die voor een redelijke prijs kunnen worden aangeschaft. Het bestuur kan aan de dirigent vragen te controleren of mensen hun partij kennen. 4. Leden, die als gevolg van een langdurige ziekte niet in staat zijn de repetities bij te wonen, kunnen door het bestuur ontheven worden van de verplichting tot betaling van de verschuldigde contributie over de periode van hun afwezigheid.
Artikel 4
De minimum donateursbijdrage bedraagt ƒ 10,-- per verenigingsjaar. Donateurs ontvangen ten hoogste eenmaal per verenigingsjaar een door het bestuur te bepalen reductie op de toegangsprijs van een door de Koorvereniging te geven uitvoering. Het toegangsbewijs voor een donateur is persoonlijk en niet overdraagbaar.
Artikel 5.
Door de leden voorgedragen (tegen)kandidaten voor een bestuursfunctie dienen minstens één week voor de datum van de algemene ledenvergadering, waarin de (her)verkiezing van bestuursleden aan de orde wordt gesteld, schriftelijk bij het bestuur te worden ingediend. De aldus voorgedragen (tegen)kandidaten dienen hun instemming met hun kandidatuur schriftelijk aan het bestuur te bevestigen.
Artikel 6.
De leden van de kascommissie worden voor een periode van twee jaar benoemd. Jaarlijks treedt minstens één der leden af en wordt minsten één nieuw lid door de algemene ledenvergadering benoemd.
Artikel 7.
Het bestuur kan voor het verrichten van omschreven taken en werkzaamheden commissies en/of werkgroepen instellen. Aldus ingestelde commissies en/of werkgroepen zijn voor de hun toegewezen taken en werkzaamheden verantwoording verschuldigd aan het bestuur.
Artikel 8.
Besluiten tot wijziging van het huishoudelijk reglement worden genomen met een meerderheid van tenminste 2/3 der in een algemene ledenvergadering uitgebrachte stemmen. Artikel 9. De artikelen en bepalingen van het huishoudelijk reglement mogen niet strijdig zijn met de statuten. In alle gevallen waarin het huishoudelijk reglement niet voorziet beslist het bestuur.